Belastingaangifte doen - Checklist van benodigde papieren
Ieder jaar rond eind januari is het weer zover. Dan ontvang je van de Belastingdienst bericht. Je moet vóór 1 mei belastingaangifte doen over je inkomsten van het voorgaande jaar! Tegelijkertijd druppelen er allerlei belangrijke bewijsstukken je inbox en brievenbus binnen. Denk hierbij aan de jaaropgave van je werkgever of uitkerende instantie, het jaaroverzicht van je banksaldi en de opgaaf reiskostenvergoeding. Allemaal papieren die je moet verzamelen en waarvan je wellicht een kopie moet bijsluiten bij je belastingaangifte. Maar hoe weet je nu welke stukken je wel of niet nodig hebt om aangifte te kunnen doen? En hoe weet je of je alle benodigde paperassen in huis hebt? Raadpleeg onderstaande checklist en laat nooit meer een belangrijk bewijsstuk aan je aandacht ontsnappen!
Reguliere inkomsten en uitgaven
- Jaaropgave(n) van loon, pensioen, lijfrente, AOW, WW en andere uitkeringen
- Ontvangen/betaalde alimentatie
- Ontvangen vergoedingen en betaalde kosten kinderopvang
Reiskosten
- Afstand woon-werk (enkele reis)
- Ontvangen reiskostenvergoeding
- Openbaar vervoersverklaring en/of
- Catalogusprijs en bouwjaar auto via werkgever, afstand woon-werk en door jou gemaakte onkosten
Saldi, rente, dividend
- Saldi van alle (post)bankrekeningen, spaartegoeden en uitgeleende bedragen per 1 januari en 31 december van het betreffende belastingjaar (ook die van minderjarige kinderen!)
- Saldi van alle leningen per 1 januari en 31 december van het betreffende belastingjaar
- Ontvangen/betaalde rente over genoemde saldi in het betreffende belastingjaar
- Ontvangen dividend en betaalde dividendbelasting
- Effectenbezit per 1 januari en 31 december van het betreffende belastingjaar
Onroerende zaken
- Overheidsbijdragen eigen woning
- Betaalde premie lijfrente
- Nota taxatierapport eigen woning
- Rekening notaris inzake eigen woning
- Betaalde hypotheekrente
- Aanslag onroerend zaak belasting of WOZ-verklaring
- Waarde overige onroerende zaken (box 3)
- Ontvangen huur en gemaakte kosten (voor zover belast in box 1)
Bijzondere uitgaven
- Giften
- Studiekosten
- Gemaakte ziektekosten en ontvangen ziektekostenvergoedingen (als dit meer dan ongeveer 12% van je inkomen bedraagt)
Aanslagen en voorlopige teruggaven
- Reeds betaalde voorlopige aanslag(en) over betreffende belastingjaar
- Reeds ontvangen voorlopige teruggave(n) over betreffende belastingjaar