Kleding wassen: snel en vakkundig de was doen
Heb jij enorme bergen wasgoed? En weet je niet hoe je het kleding wassen zo handig mogelijk stroomlijnt en uitvoert, zodat de was doen voor jou een fluitje van een cent wordt? En je niet opnieuw achterstanden oploopt?
Doe dan je voordeel met deze 7 supertips van De HuishoudCoach. Je kleding wassen was nog nooit zo eenvoudig!
1. Regel verschillende wasmanden in huis
Het wassen van kleding begint met sorteren. Om dit sorteren te vergemakkelijken kun je het beste een paar wasmanden ter grootte van je wastrommel in huis halen. Bijvoorbeeld eentje voor de witte was, één voor de donkere was en eentje voor het bonte wasgoed. Zo gaat sorteren bijna vanzelf en kun je in één oogopslag zien welke kleur was je op welk moment het best kunt draaien.
2. Stel voor oudere kinderen ‘de gouden wasregel’ in
Niets is zo ergerlijk als op handen en knieën door de slaapkamers van je kinderen te kruipen om vuile was onder bedden en achter stoelen vandaan te halen. Stel daarom de gouden wasregel in, dat alleen vuile was die IN de wasmand ligt, wordt gewassen.
3. Was alle kleding binnenstebuiten, behalve… je sokken!
Doorgaans wordt aangeraden kledingstukken binnenstebuiten te wassen, aangezien dat voortijdige slijtage en verkleuring voorkomt. Als je slim bent, maak je echter een uitzondering voor sokken en kousen. Wen je aan om die aan de punt uit te trekken, zodat je na het wassen niet elke sok weer hoeft te keren. Voor een gezin met drie kinderen scheelt dat al gauw ruim 3000 sokken keren per jaar! Of pas de regel toe dat je gewassen sokken aflevert zoals je ze aangeleverd hebt gekregen: binnenstebuiten of ‘buitenstebuiten’.
Geniet je ook altijd zo van die 12 seconden dat alle was helemaal is gedaan?’
4. Check na het opstaan eerst je wasmand(en) en zet zonodig de wasmachine meteen aan
Heb je een gezin met meer kinderen of beoefenen jij of je gezinsleden veel sporten, dan zul je misschien enkele keren per dag of week de was moeten doen. Eventuele wasachterstanden kun je in zo’n geval voorkomen door vlak na het opstaan je wasmanden te checken en zonodig direct de wasmachine aan te zetten. Op die manier zit je er prima bovenop. Bovendien houd je zo voldoende tijd over om later op de dag een extra was te draaien. Of om ’s avonds bij thuiskomst de was nog op te hangen, in de droger te stoppen, op te vouwen en/of op te bergen.
5. Gebruik je droger als veredeld strijkijzer
Heb je een enorme hekel aan strijken? Gebruik dan deze truc eens. Stop kledingstukken die ‘drogerbestendig’ zijn ongeveer 10 minuten in de droger, haal ze er vervolgens uit en hang die hete, dampende T-shirts en spijkerbroeken dan netjes op een droogrek om verder aan de lucht te drogen. Om door een ringetje te halen.
6. Ga pas een nieuwe lading kleding wassen als de vorige in de kast zit
Aan kleding wassen hebben de meeste mensen eigenlijk niet zo’n hekel. Aan de schone was opvouwen en opruimen echter des te meer. Geldt dit ook voor jou? En leidt jouw tegenzin in de was opbergen tot opstoppingen en chaotische bergen schone en vieze was dwars door elkaar?
Spreek met jezelf af dat je pas een nieuwe lading kleding mag wassen, nadat je de vorige netjes in de kast hebt weggewerkt. Een goede stok achter de deur 🙂
7. Ruim je kleding- en linnenkast op zodat de schone was er goed in past
Wanneer je na het kleding wassen en drogen de schone was wil opbergen en ontdekt dat je kasten overvol zijn, doe je er goed aan deze op te ruimen. Zorg ervoor dat je kleding- en linnenkasten voor maximaal 75% gevuld zijn: zo passen alle schone kleren, handdoeken en theedoeken er probleemloos in en zorgt het opbergen van de schone was niet voor extra oponthoud.